Beste antwoord
Een polaire verbinding is een molecuul met een geometrische rangschikking waarbij de ene kant een positieve lading draagt en de andere kant een negatieve lading . Water, ammoniak, zwaveldioxide en waterstofsulfide zijn voorbeelden van polaire verbindingen. Beschouw een verbinding KCl, K zit in IA (3e periode) en Cl in VIIA (3e periode). verschil in en waarden is erg groot, daarom trekt Cl de elektronenwolk naar zich toe. daarom is het polair. Alle ionische verbindingen zijn polair van aard.
Antwoord
Een vuistregel die mijn leraar me heeft geleerd, is dat in een polaire verbinding het verschil in elektronegativiteit tussen de twee elementen tussen .4–1.7, bijvoorbeeld in HCl, de elektronegativiteit van H is 2,2 en Cl is 3, dus het verschil is 0,7, met in het bereik.
Ook als de elektronegativiteit lager is dan 0,4, dan zal het een covalente verbinding zijn, en als het groter is dan 1,8, zal het een ionische verbinding zijn.
Enkele veel voorkomende zijn water, HCl, HF, HBr
EDIT: blijkbaar AlCl3 en BeCl3 zijn niet polair.
Ik hoop dat dit helpt.